Skip to content

Al sinds de jaren tachtig werken fysiotherapeuten Jan Peter Valk, Carla Bruin en Aldo Ottens samen onder het dak van Fysiotherapie Ooster Ee. In 2001 besloten zij deze samenwerking vast te leggen in een maatschap en tot op de dag van vandaag zijn de ondernemers constant, zowel letterlijk als figuurlijk, in beweging.

Drieëntwintig jaar geleden namen Jan Peter Valk en Carla Bruin de praktijk over. Jan Peter: ‘Ik was van plan medicijnen te gaan studeren, maar werd uitgeloot. Daarom ging ik een jaartje fysiotherapie doen, op aanraden van mijn moeder die op dat moment bij een fysiotherapeut onder behandeling was. Dat beviel heel goed, dus toen ben ik dat blijven studeren. Het past ook wel bij me: de zorg voor mensen en met iemand naar een oplossing toe werken. Fysiotherapie vind ik nog steeds het leukste van het hele vak. Het ondernemerschap hoort erbij, maar is iets minder mijn stiel. Het contact met mensen, daar doe ik het voor.’

Het ondernemerschap zit Carla meer in het bloed: ‘Ik kom uit een ondernemende familie, dus ik heb meer die ondernemersmentaliteit dan Jan Peter. Ik vind dat juist een leuk extra facet van ons vak. Ik ben geen ondernemer die steeds weer nieuwe dingen bedenkt en onderneemt, maar ik houd wel van de processen als financiën en management binnen een bedrijf. Ik ben redelijk precies en gefocust. Daarnaast ben ik ook fysiotherapeut, al wilde ik in eerste instantie naar de sportacademie. Ik kwam in contact met iemand die fysiotherapie studeerde en werd enthousiast van de verhalen. Ik had daarvoor nog nooit van het vak gehoord. Ik schreef me in voor de open dagen en, ondanks dat ik geen heel scherp beeld had van wat het nu precies inhield, heb ik wel voor fysiotherapie gekozen. De combinatie bewegen en het menselijk lichaam vind ik erg interessant.’

Aldo: ‘Ook door samenwerking kun je een betere marktpositie verwerven’

Ook Aldo had in eerste instantie plannen op sportief gebied: ‘Ik heb altijd moeite gehad met autoriteit. Daarom wilde ik een vak waarin ik zelf de keuzes kon maken en kon ondernemen op een manier waarbij ik zelf de koers kon bepalen. Net als Carla wilde ik de Academie voor Lichamelijke Opvoeding gaan doen. Maar ingeloot worden was in die tijd heel lastig. Daarom schreef ik me ook in voor de opleiding fysiotherapie. Puntje bij paaltje werd ik op beide opleidingen toegelaten. Mijn toenmalige gymleraar vertelde me dat zijn beroep aan het uitsterven was, dus dat ik veel beter voor fysiotherapie kon kiezen. Daar ben ik hem nog steeds dankbaar voor. In het eerste jaar van de opleiding kwam ik met zoveel meer facetten van bewegen en de hele medische kant van het verhaal in aanraking, er ging een enorme wereld voor me open. Fysiotherapie gaf veel meer verdieping. Je bent én specialist op het gebied van bewegen én je kent de medische kant. Dat is een gouden combinatie. Ik ben na dertig jaar nog steeds van mening dat je, als je het vermogen om te bewegen gaat verliezen, dan een hele slechte prognose hebt.’

Jan Peter vult aan: ‘Beweging is existentieel voor de mens. Het is wat mij betreft bijna de bron van het bestaan. Het is ontzettend belangrijk voor de gezondheid en dat kunnen we niet vaak genoeg benadrukken. Wij zien in onze praktijk hoe ontzettend belangrijk het is om te bewegen en om ook te blijven bewegen als je ouder wordt.’

Groter

Van een praktijk aan de Vesting verhuisden de ondernemers naar de Calvercamp om uiteindelijk in 2003 neer te strijken in de huidige locatie op `t Spil. Aldo: ‘We merkten dat de therapie verschoof: van behandeling op de bank wilden we onze patiënten steeds vaker, onder begeleiding, actief zelf aan de slag laten gaan. De ruimte op de Calvercamp leende zich daar niet voor. We hadden op de zolder wel een fiets en een fitnessapparaat staan, maar meer konden we daar niet kwijt. Deze locatie bood voldoende behandelkamers, maar ook een grote oefenruimte, waar we die manier van therapie konden verwezenlijken.’

Carla: ‘Al snel zijn we ook gestart met fysiofitness, een vorm van fitnessen onder begeleiding van een fysiotherapeut. Dit was in eerste instantie een bijproduct en we zijn indertijd enorm verrast door het enthousiasme waarmee dat ontvangen werd. We hadden verwacht in het eerste jaar 6 groepen te kunnen vormen, maar zaten na 2 jaar al op 22 groepen. Patiënten schoven na de behandelingen door naar deze fysiofitness, maar ook mensen van buitenaf wisten ons gelijk goed te vinden. Er was kennelijk veel behoefte aan.’

Kernpraktijken

In 2005 besloot de praktijk, samen met nog een viertal praktijken in de omgeving Zaanstreek-Waterland, Kernpraktijken op te richten. Jan Peter: ‘Die samenwerking heeft meerdere voordelen. Je kunt met elkaar één marketingcommunicatiebeleid voeren, met één website, met één format voor folders en andere uitingen. Dat is een efficiëntieslag. Maar inhoudelijk biedt het ook veel voordeel. Als Kernpraktijken vinden we het belangrijk dat de fysiotherapeuten in de praktijken zich specialiseren. Wij hebben ervoor gekozen de orthopedische kant te belichten in onze specialisaties. Binnen de Kernpraktijken hebben we vakgroepen opgezet voor schouder, knie en rug. Die vakgroepen houden zich bezig met het state-of-the-art aanbieden van therapie voor deze drie gebieden.’

Carla: ‘We werken liever preventief dan curatief’

Carla vult aan: ‘Vanuit die werkgroepen wordt op kennis en kunde samengewerkt. Er wordt samen scholing gevolgd, maar we helpen elkaar ook met de verdieping. Inmiddels zijn de groepen nog meer uitgebreid: van een werkgroep voor chronische klachten tot een werkgroep die zich verdiept in echo. We versterken elkaar, maar stimuleren elkaar zo ook. Vaak ben je de enige in de praktijk die ergens in gespecialiseerd is. Nu heb je collega’s met eenzelfde specialisatie waarmee je kunt sparren. In totaal werken er 50 therapeuten bij deze aangesloten Kernpraktijken. In onze praktijk werken 10 therapeuten, met ondersteuning van een secretaresse.’

Elk jaar worden de contracten met zorgverleners opnieuw bekeken. Aldo: ‘Vanuit Kernpraktijken is er ook een commissie die zich daarmee bezighoudt. Die besluiten voor onze vijf praktijken welke verzekeraars er wel en niet gecontracteerd worden. We zien elkaar niet als concurrenten, mede omdat er voldoende afstand is tussen de praktijken in Monnickendam, Purmerend, Beemster, Volendam en Zaandam.’

Pluspraktijk

Als fysiotherapeut moet je regelmatig bijscholen. Jan Peter: ‘We zijn geregistreerd in het BIG-register en het dragen het Keurmerk Fysiotherapie. We hebben daarmee een stap extra gezet. We zijn een Pluspraktijk, dat is hogere kwaliteitsklasse, waar de zorgverzekeraars ook een andere tariefstelling voor hanteren. Hierdoor werken we ook samen met andere praktijken om intervisies te doen, een artikel te bespreken, elkaar feedback te geven, etc. Die samenwerking houdt ons scherp en verdiept onze kennis, maar is uiteindelijk ook voor onze patiënten van toegevoegde waarde.’

Jan Peter: ‘Beweging is ontzettend belangrijk voor de gezondheid’

KernKinetics

Wat deze ondernemers betreft is samenwerking een belangrijk onderdeel van het ondernemen. Aldo: ‘Ook door samenwerking kun je een betere marktpositie verwerven. Daar is onze samenwerking in Kernpraktijken een goed voorbeeld van. Maar ook de samenwerking van Kernpraktijken met het Waterland Ziekenhuis is een mooi voorbeeld van hoe je met elkaar meer kunt bereiken. Daar hebben we sinds 5 jaar een KernKinetics praktijk: een test- en expertisecentrum. In het testcentrum worden, met behulp van de expertise van de fysiotherapeuten van Kernpraktijken, en met inzet van geavanceerde testapparatuur, revalidatieprocessen gevolgd en consultaties uitgevoerd. Dat doen we onder andere voor wie in het Waterland Ziekenhuis is geopereerd aan knie of heup. We hebben hiervoor nauw contact met de orthopeed, maar ook met de eigen behandelend fysiotherapeut. Er bestond wat koudwatervrees bij andere fysiotherapeuten, maar het is ons gezamenlijk doel mensen weer zo mobiel mogelijk te krijgen.’

Toekomst

Carla: ‘We zien een trend dat we nu meer mensen behandelen, maar dat het aantal behandelingen per persoon lager is dan vroeger. Dat heeft natuurlijk alles te maken met de vergoedingen van de zorgverzekeraars. Als fysiotherapeuten zijn wij liever preventief aan het werk dan curatief. Dat laatste is nu vaak aan de orde en dat is, vanuit de portemonnee van onze patiënten gezien, ook volkomen begrijpelijk, maar wel ontzettend jammer.’

Jan Peter besluit: ‘We moeten een fysiotherapeut niet als solist zien, maar als onderdeel van het geheel aan aanbod van huisartsen, ziekenhuizen en specialisten. In de ideale wereld heeft een patiënt één centraal aanspreekpunt en scharen zich daar zorgverleners omheen die, niet beïnvloed door geld, één doel voor ogen hebben en dat is de patiënt weer gezond maken. Beweging speelt in die gezondheid een cruciale rol.’

 

Bron: https://www.zaaq.nl/waterland/coverstories/ondernemers-in-beweging/

Back To Top